We wilden vroeg vertrekken omdat we in Luxemburg de stad Luxemburg nog rustig wilden bezoeken. Ons luxeontbijtje met mini-koffiekoeken (croissants, chocoladebroodjes en rozijnenkoeken), pistolets en stokbrood met alle soorten beleg en fruitsap. We verlieten het hotel met de belofte een kaartje te sturen uit Venetië.
Op het programma stond een ritje van 95 km vanuit de provincie Luxemburg naar de stad Luxemburg in het land Luxemburg. Half negen vertrokken we al, maar dat was voor ‘reisleider’ Wim nog niet vroeg genoeg en het ging ook niet snel genoeg naar zijn zin. De eerste heuvels van de dag werden genegeerd met een nonchalant “het is hier toch plat mannekes” en toen even later niet iedereen het hoge tempo volledig volgde waren we aan het “surplacen”.
Toch ging het door het heuvelende landschap en onder de stralende zon redelijk vlotjes tot aan Bastogne. Eens daar aangekomen volgden 20 prachtige kilometers, een perfect fietspad, afgesloten van de weg, langs de rivier, lichtjes dalend tot in Wiltz. Op 40 minuutjes werden de kilometers afgemaald aan meer dan 30 per uur, soms tot 35 op de dalende stukjes.
Wat we niet mogen vergeten te vermelden over het mooiste stukje fietspad uit ons leven: enkele mistige, met neon verlichte, koude tunneltjes die zo uit Harry Potter of Lord of the Rings konden komen.
Om elf uur was het tijd voor een café met toch al bijna 45 km op de teller. Even rust werd ons maar gegund, want ons was inmiddels duidelijk dat Wim zo tegen de middag in Luxemburg wou zijn. Wat wou hij nog kopen?
Het tempo bleef hoog en regelmatig enkele stevige klimmetjes matten ons af. Met 65 km in de benen stopten we voor onze middagpauze. We “verloren” een half uur omdat de GPS van onze volgwagen was uitgevallen, maar met een kleine vertraging smaakte het eten toch bijzonder goed.
Het terreintje bleef hobbelig maar we trapten lustig verder. Zo stilaan werd ook duidelijk dat de geplande 95 km een ernstige onderschatting was, zodat we met ongeveer 100 km op de teller en een warme zon stopten bij een café waar ieder in recordtempo twee Coca-cola’s binnengoot. Met herenigde krachten reden we nog 20 tamelijk vlakke kilometers, langs de spoorweg.
Met bijna 120 km in de benen stonden we na een laatste ferme inspanning op een heuvel in Luxemburg city. Daniek en Wim kwamen eerst boven en toen ikzelf er even later ook was sprak Wim dat hij niet precies wist waar de jeugdherberg was: “wacht, ik ga eens kijken”. En wachten deden we.
We dachten dat Wim aan een dappere fietstocht door de stad bezig was op zoek naar de jeugdherberg. Na meer dan 20 minuten (!) besloten we Wim’s orders om te wachten te negeren. Wat we vonden was verbluffend: niet alleen lag onze jeugdherberg op amper 100 meter van waar we net een klein half uurtje met onze vingers hadden staan draaien, we troffen er ook Wim aan die met een stuk in zijn kraag zat te pintelieren met ons volgwagenkoppel Gilbert en Gladys. Na een hartig woordje haalden we de geleden schade in.
Avondmaal in de jeugdherberg, soep, een groot bord groenten en een levengrote lasagne, voor 9 euro. Daarna ging het nog op bezoek naar de oude stad, in de avondwarmte en ondergaande zon een prachtig en rijk oud stadsdeel vol pleintjes, bruggen en mooie gebouwen. Rond 10 uur terug naar de jeugdherberg voor nog een Bofferding, het Luxemburgse biertje.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten