donderdag, juli 19, 2012

Guadalupe-Don Benito. Het treintje

http://www.routeyou.com/route/view/373449/fietsroute-lissabon-5-guadalupe-don-benito.nl


Stel je een vlakte voor van groene rijstvelden met heel in de verte in de nevel van de hitte de eerste heuvelruggen. De zinderende zomerzon brandt ongenadig vanuit een staalblauwe hemel. 50° is het hier zeker in de zon. Ik weet het, temperaturen meet je in de schaduw, maar dat lukt alleen als er schaduw is. Hier zijn alleen groene rijstvelden en hier en daar wat struikgewas. Door de vlakte loopt een oud treinspoor in grind. Kaarsrecht, misschien wel vijftig kilometer lang. Over dat spoor dendert een veelkleurig gezelschap op fietsen met reiszakken, als een locomotief en elf wagonnetjes. Af en toe roept iemand vooraan 'takken', of 'bramen' of 'paaltje'. En meteen daarna wordt dat codewoord als een mexican wave herhaald tot helemaal achterin het treintje. Het treintje vordert gestaag, haast onverstoorbaar tegen een goeie twintig per uur naar zijn bestemming voor de dag: Don Benito, een industriestadje. Over het spoor klapwiekt traag een ooievaar, opgeschrikt door het treintje, en gaat op zoek naar een andere plaats in het rijstveld. De lucht trilt van de hitte als het treintje voorbij dendert. En daarna wordt het weer rustig in de vlakte, alsof hier nooit iets is gebeurd.
Vanmorgen konden allemaal een uurtje langer uitslapen, Stanne en Daniek zelfs anderhalf uur. En daarna nog één keertje genieten van de Hospedería met verse croissants en gebak, churros voor Kristien, joghurt, vers fruit, kaas, vlees, confituur en spek en eieren voor Erwin en Luk.
Boordevol energie zaten we dus op de eerste hellingen. Zo vol zelfs dat de dames bovenaan de eerste col een gesprek begonnen over een bepaald vermoed effect van wasmiddelen, dat ik dat hier niet durf herhalen en de lipjes schaamtevol op elkaar houd. Veel praats hadden ze dus. In de namiddag zou de zon de monden snoeren en de poriën openzetten.
Na enkele mooie hellingen en prachtig slingerende afdalingen langs de groene bergruggen en scherpe rotspartijen van de Villuercas, kwamen we aan voor de eerste drankstop in Logrosán. Frisdrank in alle vormen en daarna nog eens langs bij de barvrouw voor ijsblokjes voor in de drinkbussen. Niet dat veel uithaalde, maar het gaf je tenminste de indruk dat je het water een kwartiertje fris kon houden. Ook opvallend veel water in de bussen. Water heeft het voordeel dat je dat uit een warme drinkbus nog over je hoofd en rug kan gieten voor wat vluchtige verkoeling.
Vanaf Logrosán namen we de Vía Verde de Serena. De eerste kilometers liep dat oude treinspoor fantastisch : harde en vlakke ondergrond en constant lichtjes bergaf. Links en rechts rollende heuvels van droog gras of gemaaid graan bezaaid met kurkeiken. Langs het spoor op de oude telegraafpalen, ooievaarsnesten met aan de onderkant de nestjes van de zwaluwen. De ooievaars klapwiekend of in de rijstvelden speurend naar een verse kwakende kikker. Of een zwerm hagelwitte ibissen, of een haas die er een spurtje uitperst wanneer hij ons ziet komen.



Na vijftig kilometer stopt ons treintje in het spookstation van Madrigalejo. 'Aandacht, aandacht. De trein met bestemming Lissabon rijdt het station binnen op spoor 1. Een uurtje oponthoud'. Midden in een loods op de loskade hadden Christel en Erwin een banket aangelegd: verschillende soorten stokbrood, bruin brood, wit brood, flodderbrood, jamón serrano, gekookte hesp, boerenworst, chorizo, jonge kaas, oude kaas, smeerkaas, een bol oude gerijpte geitenkaas uit de streek, confituur, choco van Else!, tomaten, abrikozen, peren, appels, kiwi's, bananen, sinaasappels en vooral massa's frisdrank. Een uurtje puur genieten, ook van de onthullingen over allerlei verslavingen die zouden worden afgezworen. Hier komen als het ware nog nieuwe mensen uit voort...
En dan denderde ons treintje weer verder door de vlakte. Twee valpartijen vielen er te noteren. Een eerste met Peter die een prachtige duik maakte in een keienbed, zonder erg door zijn judovaltechniek. Een tweede met Anit en Daniek die als domino's omvielen. In zo'n geval is meteen José present om als onze Florence Nightingale de ongelukkigen te verzorgen. Zelfs vallen hoeft niet, een steek op je neus volstaat. Maar geen groot onheil, zelfs geen platte banden op die van Frank (Sch)lek na.
Alleen die zon: extreem droog en extreem heet. Spanjaarden die ons zien rijden hebben een merkwaardige blik in de ogen: enerzijds 'Straf. Respect.', anderzijds 'Goed zot'.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten